Grisolles - Tonneins
Het regent niet meer.
De route gaat tot nu toe nog steeds grotendeels langs een kanaal. Dat fietst heerlijk: het waait amper en alles gaat vals plat naar beneden. Op een gegeven moment begin je alleen wel na te denken over wat een kanaal saai maakt. De omgeving is mooi, de zon schijnt en de ondergrond is prima. Maar wat ontbreekt er dan aan? Na de zoveelste sluis en het zoveelste nagenoeg exacte gelijke sluis-huisje denk ik dat het vooral aan het uitzicht ligt. Het kanaal heeft aan beide kanten bomen, waardoor je eigenlijk maar weinig van de omgeving ziet. Terwijl ik nadenk over de eentonigheid van fietsen langs een kanaal weet ik een ding zeker: in de heuvels kom ik hierop terug.
Na Moissac verandert het kanaal en wordt het allemaal wat speelser. Ook kun je zo af en toe wat van het omringende landschap zien, doordat de bomen even pauze houden. Op een gegeven moment bereik ik zomaar de EuroVelo 3. Ik had zomaar in mijn hoofd dat ik die pas een stuk later zou bereiken, een beetje ter hoogte van Bordeaux. Op sommige plekken kom je houten bouwwerken die uitkomen in het kanaal tegen. Niet heel soms met een groot bedrijf erachter. Ik weet niet of ze nog gebruikt worden, maar ik kan me niet voorstellen dat het lekker zwemwater is.
De eerste dag zonder regen kon ik ook meteen merken dat ik nog geen zon gewend ben. Ondanks smeren ben ik toch op wat plekken een klein beetje roder verkleurd dan de bedoeling was. De zijkant van m’n polsen en m’n neus konden niet echt veel meer zon gebruiken. Gelukkig was er de dag daarna sluierbewolking en was het koel genoeg om met lange mouwen te fietsen. Om de zon in m’n gezicht wat te beperken kocht ik een petje.
Wat me opvalt is dat de meeste Fransen die ik tot nu toe tegen ben gekomen ontzettend aardig zijn. In het verkeer wordt over het algemeen veel rekening met je gehouden. Op drukke wegen waar auto’s 90 mogen rijden gaan ze met een grote boog om je heen, en op smalle wegen wachten ze vaak in de berm tot je voorbij bent. Dat is op de Westfriese Omringdijk wel anders. En ook met mijn ontzettend gebrekkige Frans doen ze erg hun best om ervoor te zorgen dat ik ze begrijp, ookal spreken zij nauwelijks Engels. Ik probeer wel vaak iets in het Frans te zeggen, maar elke keer als ik op het Franse woord probeer te komen, geeft mijn hoofd me een Duits woord terug.
Morgen heb ik een rustdag.